Inleiding

Het voornaamste graanoverslagbedrijf in de Rotterdamse haven was de Graan Elevator Maatschappij (GEM). Stadsarchief Rotterdam beheert een omvangrijk archief van deze onderneming: ongeveer 47 strekkende meter. Het bestrijkt de periode vanaf de oprichting in 1908 tot de ingebruikneming van een nieuw complex in Europoort in 1976. Op deze pagina laten we in een aantal verhalen zien wat er in dit rijke archief zoal te vinden is.

Een prentbriefkaart uit 1925 toont een iconisch beeld van de Maashaven: als grote spinnen zwermen drijvende graanzuigers of elevators rond zeeschepen om de lading over te pompen in binnenvaartschepen. Decennialang domineren zij foto’s, schilderijen en films van het havengebied. Ze staan symbool voor de bedrijvigheid die er heerst. Maar ook de schaduwzijde is onmiskenbaar: de rook uit de schoorstenen en het graanstof uit de luchtafvoer zorgen voor een permanente mist boven de Nieuwe Maas.

Een moeizaam begin

De GEM wordt opgericht in 1908, en dat gaat niet zonder slag of stoot. Graan lossen is vanouds arbeidsintensief handwerk: het wordt in zakken vervoerd en als het los gestort is, in het scheepsruim in zakken geschept. Die worden uit het schip getakeld of op de schouder naar de wal gedragen. Vanaf 1905 experimenteren bedrijven in de Rotterdamse haven het machinaal lossen van graan door middel van elevators, een soort grote stofzuigers. De bekende entertainer Koos Speenhoff verwoordt in het Elevatorlied de angst van de arbeiders om hun baan te verliezen. Ze staken, er breken rellen uit en het leger moet eraan te pas komen om de orde te herstellen.

Onstuimige groei

De strijd tegen de mechanisering is echter bij voorbaat verloren. In 1913 verloopt al 96% van de graanoverslag in Rotterdam via elevators. Tijd is geld en hoe eerder een schip is gelost, hoe eerder het weer kan vertrekken. En uiteindelijk vermindert het werk niet zozeer, het verandert. Er zijn mensen nodig om de elevator te verslepen, te bedienen, te stoken en te onderhouden. In het ruim van het te lossen schip werken mannen om de zuigmond, de zogenaamde ‘does’, te sturen en het graan daarheen te bulldozeren of te scheppen. Er komt zelfs steeds meer werk bij, want omdat in Rotterdam zo snel wordt gelost, is het voor graanhandelaren uit de hele wereld aantrekkelijk om hun vrachten juist via deze haven te laten lopen.

Van de elevatorbedrijven die begin twintigste eeuw worden opgericht, blijft de GEM als enige over. De onderneming heeft een kantoortje en een werkplaats aan de Brielselaan. Voor de directie en de administratie wordt in 1915 een hoofdkantoor aan de Parklaan in gebruik genomen. De directeuren zijn rasechte ondernemers: zij investeren het verdiende geld in de aanschaf van nieuwe elevators, de overname van materieel van concurrenten die de race niet volhouden en deelnemingen in allerlei verwante bedrijfstakken. Zo is de GEM vanaf 1919 aandeelhouder van de Graan Silo Maatschappij, die in 1970 zelfs volledig wordt overgenomen.

Om meer structuur in het web van ondernemingen aan te brengen wordt in 1939 een holding opgericht, Haven en Scheepvaartbedrijven (HES). De GEM is sindsdien een van de werkmaatschappijen van HES. GEM en HES hebben dezelfde directie en zetelen allebei in het hoofdkantoor aan de Parklaan.

Schaalvergroting

Na de Tweede Wereldoorlog vindt enorme schaalvergroting plaats in de scheepvaart. De Maashaven is al gauw te klein en te ondiep voor de steeds grotere graanschepen. In 1967 nemen de GEM en de Graan Silo Maatschappij een nieuwe overslagterminal in gebruik in het Botlekgebied. Op dat moment zijn al plannen in de maak voor een nog groter complex in Europoort, dat in 1976 gereedkomt. Daar kunnen zelfs de grootste zeeschepen aanmeren aan kades en pieren. Ze worden er supersnel gelost door enorme machines die op de wal staan.

De naam GEM blijft bestaan tot 1993. Dan gaat het bedrijf met Frans Swarttouw en Interstevedoring op in de fusieonderneming European Bulk Services (EBS). Die is nog altijd onderdeel van HES, uitgegroeid tot een multinational met een hoofdkantoor aan het Weena. In vijf landen bezit HES terminals waar droge en natte bulkproducten worden op- en overgeslagen.
 

 image



Boven: de plaatsing van vaste elevators op de nieuwe terminal van GEM in de Botlek (1964). Fotograaf: Ary Groeneveld. NL-RtSA_4121_7493. Rechts: de graanelevator van het Maritiem Buitenmuseum in de Leuvehaven (1979). Fotograaf: Lex de Herder. NL-RtSA_4100_2005-9914.

 image

De laatste elevator

Op de hele wereld is nu nog maar één drijvende graanelevator te vinden. Hij is opgebouwd uit een Antwerpse én een Rotterdamse machine, gered van de sloop. De elevator is helemaal gerestaureerd, van het casco tot de machinekamer en de zuig- en weeginstallaties. Alles werkt weer als vanouds en zelfs het woonverblijf voor de elevatorbaas en zijn gezin is ingericht zoals het ooit geweest moet zijn. De elevator ligt een deel van het jaar in Antwerpen en de rest van het jaar in de Leuvehaven in Rotterdam, als onderdeel van de collectie van het Maritiem Museum.