Rotterdammer Eppo Notenboom was in januari 1953 drie jaar oud. Hij heeft  een verslag van wat hij meemaakte in het Scheepvaartkwartier in Rotterdam op die dag aan het archief toegestuurd. Hieronder leest u zijn ervaringen.  

Ik was drie jaar oud en kan mij er nog alles van herinneren want wij woonden tegenover de Zalmhaven in de Scheepstimmermanslaan achter de rijwielzaak van mijn vader. Op de bewuste zaterdagavond lieten mijn ouders mijn twee jaar oudere broer zonder reden boven op het entresol slapen en niet als gebruikelijk in het souterrain welke die nacht onverwacht onder water liep wat zijn geluk was.

Chaos in de Zalmhaven na de watersnood

Water in de wijk

Ik kan mij nog herinneren dat er enkele bevoorradingsschepen van de firma Molenaar vanuit de Zalmhaven op de kade bij café Peeters belandde. Omdat de zaak van mijn vader ook onder water liep sjouwde hij mij naar familie van Schaik, welke vrienden van mijn ouders waren welke ook in de Scheepstimmermanslaan, boven hun sigarenzaak woonden.

Die nacht om de tijd te verdrijven speelde ik met hun 2 zoons poppenkast terwijl het buiten ook een poppenkast van drukte was om de schade zoveel mogelijk te beperken. Bij de Westzeedijk op de kop van de Scheepstimmermanslaan werden zandzakken en schotten geplaatst voor het geval dat het water de binnenstad zou kunnen bereiken wat gelukkig niet gebeurde.

Zondag

Op zondag rond 12.00 uur liep ik met mijn vader naar de Westzeedijk om poolshoogte te nemen en we kwamen toen tegenover de huidige Kunsthal bij het Koningin Emma Plein aan. Wij zagen een klant van mijn vader steeds vanuit zijn eerste verdieping emmers water naar beneden op het plein gooien waarop mijn vader vroeg "wat ben jij aan het doen" waarop hij antwoordde "ik ben al uren bezig want ik heb een lekkage maar weet niet waar het vandaan komt". Mijn vader vertelde hem toen dat er een watersnood was en dat hij maar eens uit zijn achterraam moest kijken naar de Muizenpolder welke diep tussen de Parklaan en de Westzeedijk ligt en de kleinste polder van Nederland is met tuinen, tuinhuizen en een koetsierswoning.

Voor de 13e eeuw was de Parklaan een eenvoudig dijkje wat liep van de Veerhaven naar het Park. De Schielands Hoge Zeedijk (nu Westzeedijk) werd daarna in opdracht van de dochter van Graaf Floris IV aangelegd en strekt zich uit van de Schie in Schiedam tot de Gouwe in Gouda. Na de inpoldering van ca.1850 lieten bekende Rotterdammers zoals Kolenhandelaar D.G. van Beuningen, Bankiers M. en J. Mees,  Havenbaronnen als H.Muller, A en J. van Hoboken, Philippus van Ommeren, C. van Vollenhoven en ook Henry Jamin daar kapitale woningen bouwen waar in 1953 een aantal welke aan de noordkant van de laan stonden met de lagere verdiepingen ook onder water kwamen te staan.

Sint-Ignatiusvloed of Beatrixvloed

Deze watersnood van 70 jaar geleden werd de Sint-Ignatiusvloed ofwel de Beatrixvloed genoemd vanwege de geboortedag van Prinses Beatrix op 31 januari. Het water stond toen in Hoek van Holland op 3,85 boven N.A.P. Tegenwoordig zijn wij beschermd tot c.a. 5 meter boven N.A.P. mede vanwege de Maaslandkering.