Uw zoekacties:

5149 Archief van het Waterschap, sinds 1968 de Polder De Vierambachtenboezem (gemeente Spijkenisse en Geervliet)

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Geschiedenis van het archief
5149 Archief van het Waterschap, sinds 1968 de Polder De Vierambachtenboezem (gemeente Spijkenisse en Geervliet)
Archiefvorming
Geschiedenis van het archief
Titel:
Geschiedenis van het archief
Wanneer we spreken over de archieven van de polder De Vierambachtenboezem moet onderscheid worden gemaakt tussen de navolgende archieven:

1.De archieven van het Hoogheemraadschap van Putten.
2.Het archief van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem.
3.Het archief van de polder De Vierambachtenboezem.
4.De archieven van de polders, die door de oprichting van de polder De Vierambachtenboezem zijn opgeheven.

Bij de beschrijving van de bestuursinrichting van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem is vermeld dat een deel van de taken, toegekend aan het Hoogheemraadschap van Putten, werd overgenomen door het waterschap.
Dit deel had betrekking op de zorg voor de Vierambachtenboezem. Teneinde het bestuur van het waterschap in staat te stellen deze taak uit te oefenen werd een bepaling in het reglement opgenomen luidende * 


De archieven van het Hoogheemraadschap ven Putten, bestaande uit het archief van de Ring van Putten en het archief van het Hoogheemraadschap van Putten, werden vanouds bewaard in twee archiefkasten in de raadzaal van de gemeente Geervliet.
Het bestuur van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem beschouwde deze kasten als eigendom van het waterschap. Tijdens de op 8 juli 1954 gehouden laatste vergadering van de Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap van Putten werd ook zonder hoofdelijk stemmen besloten de archiefkasten op de raadzaal te laten staan. * 
Het bestuur van het waterschap De Brielse Dijkring meende echter later aanspraak op deze kasten te moeten maken. Bij het al eerder genoemde besluit van 5 juli 1960 werden de eigendomsrechten op deze kasten bevestigd. * 
De archieven van het Hoogheemraadschap van Putten wegens het algemeen beheer zouden dus volgens de reglementsbepalingen in tegenstelling tot de archieven wegens het bijzonder beheer (de zorg voor de Vierambachtenboezem) overgaan naar het waterschap De Brielse Dijkring.
In 1954 werden inderdaad enige bescheiden, direct noodzakelijk voor de uitvoering van de taak door het genoemde waterschap, naar Brielle overgebracht.
Een jaar later trachtte het bestuur van het waterschap De Brielse Dijkring de gehele resterende archieven met betrekking tot het algemeen beheer van het Hoogheemraadschap van Putten naar Brielle over te brengen.

Al spoedig kwam men tot de conclusie dat een scheiding van de archieven van het Hoogheemraadschap van Putten in een deel met betrekking tot het algemeen beheer en een deel aangaande het bijzonder beheer niet uitvoerbaar was.
Weliswaar werden de beide beheren door aparte financiële administraties gescheiden, maar andere archiefstukken zoals bijvoorbeeld notulen of brievenboeken hadden zowel betrekking op het algemeen beheer als het bijzonder beheer.
Het mag dan ook op zijn minst als merkwaardig worden aangeduid, dat in het reglement voor het waterschap De Vier-Ambachtenboezem een bepaling is opgenomen, waarvan bij voorbaat de onuitvoerbaarheid bekend mocht zijn.
De Algemene Rijksarchivaris, die in die tijd optrad als waarnemend Inspecteur der gemeente- en waterschapsarchieven in Zuid-Holland, werd om advies gevraagd.
De Inspecteur sprak, zoals verwacht kon worden, zijn verbazing en afkeuring uit over de voorgenomen splitsing van de betreffende archieven; de archieven dienden volgens hem onverdeeld op het raadhuis van Geervliet te blijven berusten.
De heren bestuursleden kwamen gelukkig spoedig tot overeenstemming over de bestemming van de archieven van het Hoogheemraadschap van Putten, zodat een splitsing achterwege bleef. * 
Deze overeenstemming resulteerde in een overeenkomst van inbewaringgeving, gesloten op 29 oktober 1958, tussen dijkgraaf en hoogheemraden van het voormalige Hoogheemraadschap van Putten(!) en het gemeentebestuur van Geervliet.
Voor de betreffende archieven was een jaar tevoren nog een apart archiefrek aangeschaft, waarvan de kosten door het waterschap De Vier-Ambachtenboezem en het waterschap De Brielse Dijkring gelijkelijk waren betaald.
De archieven van het Hoogheemraadschap van Putten berustten vanaf die tijd derhalve voor een deel in de beide kasten op de raadzaal van Geervliet en voor een ander deel in het genoemde archiefrek op de archiefkamer van Geervliet. * 
De overeenkomst, die op 29 oktober 1958 werd gesloten, was slechts van korte duur.
De Provinciaal Inspecteur der gemeente- en waterschapsarchieven, de heer J. L. van der Gouw, greep de voorgenomen restauratie van het raadhuis van Geervliet aan om een definitieve bestemming te geven aan de archieven van het Hoogheemraadschap van Putten.
Bij schrijven van 6 maart 1959 gaf hij in overweging om de archieven in zijn geheel over te brengen naar de archiefbewaarplaats van het waterschap De Brielse Dijkring.
Het bestuur van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem voelde er niet veel voor om alles naar Brielle over te brengen en zocht terstond naar een mogelijkheid om ruimte te huren in het gemeentehuis van Spijkenisse!
Het gemeentebestuur had echter geen ruimte beschikbaar. Op aandringen van de Provinciaal Inspecteur ging het bestuur van het waterschap tenslotte tocht akkoord met een overbrenging naar Brielle, maar wel met de beperking dat zodra de restauratie van het raadhuis van Geervliet voltooid zou zijn, het archief weer naar Geervliet teruggebracht moest worden. De beide archiefkasten zouden ook na de restauratie van het gebouw weer in de raadzaal worden geplaatst. * 
De Provinciaal Inspecteur was niet zo blij met een eventuele latere overbrenging naar Geervliet.


Hij wenste een definitieve regeling voor de betreffende archieven, waarbij een veilige bewaring en de mogelijkheid van goede raadpleging centraal stonden.
Deze doelstellingen konden in de gegeven omstandigheden alleen worden bereikt door dwingende voorschriften in de vorm van een reglementswijziging in 1960.

Op 28 april 1960 werden de archieven van het Hoogheemraadschap van Putten, voorzover aanwezig in het raadhuis van Geervliet, overgebracht naar de archiefbewaarplaats van het waterschap De Brielse Dijkring te Brielle. Met deze overdracht kwam een einde aan de bemoeiingen van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem met dit archief en ook met de twee archiefkasten. * 
Ondanks het feit dat dit waterschap voor een deel als rechtsopvolger van het Hoogheemraadschap van Putten kan worden aangemerkt en ook bemoeiingen heeft gehad met de archieven van het Hoogheemraadschap, is om praktische redenen de beschrijving van die archieven buiten dit boekwerk gelaten.
Voor de archieven van het Hoogheemraadschap van Putten kan worden verwezen naar een aparte inventaris. * 
De archieven van de polder De Vierambachtenboezem, bestaande uit het archief van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem en de polder De Vierambachtenboezem, werden bewaard ten huize van de secretaris-penningmeester, de heer E. Rijkee te Geervliet.
De ordening van deze archieven vond plaats volgens het zogenaamde notulenstelsel, met andere woorden de individuele archiefbescheiden werden gegroepeerd tot series bijlagen bij de notulen.
Weliswaar was het waterschap en later de polder van begin af aan lid van de afdeling Registratuur van de Unie van Waterschapsbonden (Waterschappen), maar een ordening volgens de code der archieven van waterschappen heeft slechts fragmentarisch plaatsgevonden. * 
Zelfs de in 1969 benoemde nieuwe secretaris-penningmeester, de heer P.L. van der Linden, maakte bij de ordening hoofdzakelijk gebruik van het notulenstelsel. * 
Na het ontslag van de heer E. Rijkee in 1969 werden de archieven van de polder De Vierambachtenboezem overgebracht naar een kantoorruimte aan de Kerkstraat nr. 5 te Geervliet.
Kort na de opheffing van de polder werden de genoemde archieven overgebracht naar de archiefbewaarplaats van het waterschap De Brielse Dijkring om in 1975 door schrijver dezes te worden beschreven in een concept-inventaris.
Bij de inventarisatie van de archieven van de polder De Vierambachtenboezem is een strenge scheiding aangebracht tussen het archief van het waterschap De Vier-Ambachtenboezem en de polder De Vierambachtenboezem, een scheiding, die in de concept-inventaris uit 1975 nog niet is terug te vinden.
Bij de inventarisatie zijn de bescheiden, geordend volgens het notulenstelsel en de bescheiden, geordend volgens een registratuurplan, geheel opnieuw bewerkt en beschreven volgens een zaaksgewijze ordening.
De archieven, zoals deze bij de inventarisatie zijn aangetroffen, bevinden zich in een goede materiële toestand en zijn bovendien min of meer compleet. De leemten in de archieven zijn beperkt gebleven tot bijvoorbeeld het ontbreken van de briefwisseling met de heer L. Saarloos over de drinkbeker van Putten.

In de afgelopen jaren werden enkele aanvullingen op de archieven van de polder De Vierambachtenboezem verkregen.
In 1977 kwam uit het gemaal De Leeuw van Putten allereerst een register te voorschijn met allerhande aantekeningen over dit gemaal, bijgehouden door de machinist, de heer C. van Hamburg, over de periode 1957 - 1973.
Op 17 mei 1988 verkregen we vervolgens van de heer E. Rijkee te Geervliet de reglementskaart van de polder De Vierambachtenboezem met de bijbehorende brief van Gedeputeerde Staten uit 1967.

Zoals in het hoofdstuk bestuursinrichting van de polder De Vierambachtenboezem is vermeld, kan deze polder als rechtsopvolger worden beschouwd van een groot aantal met name genoemde polders.
De archieven van deze opgeheven polders behoren dus in feite tot de archieven van de polder De Vierambachtenboezem, zodat men een beschrijving van die archieven in dit boekwerk mag verwachten.
Om zuiver praktische redenen is echter besloten om de archieven van deze opgeheven polders te beschrijven in aparte inventarissen.
Het archief stond bij Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg bekend onder archiefnummer 013en is is in 2017 overgedragen aan het Stadsarchief Rotterdam.
Inhoud en structuur van het archief
Verantwoording
Aanwijzingen voor de gebruiker
Opmerkingen openbaarheidsbeperkingen

Kenmerken

Datering:
(1953) 1954-1973
Beschrijving:
Inventaris van het archief van het Waterschap, sinds 1968 de Polder De Vierambachtenboezem (gemeente Spijkenisse en Geervliet), (1953) 1954-1973
Auteur:
L.W. Hordijk
Plaats van uitgave:
Rotterdam
Jaar van uitgave:
1991 (2020)
Overheid of particulier:
Overheid