Zoeken

Jacob en Willem Buyttewegh, elk voor een vierde deel erfgenaam in de nalatenschap van hun moeder Aeltge van Amerongen, weduwe van Willem Pietersz Buyttewegh, maken een lijst van goederen op, die Aeltge nagalaten heeft. Aeltge heeft d.d. 25 november 1655 bij notaris Gerrit van der Hout een testament opgemaakt. Zij treden tevens als voogden op over Petronella van der Broek, nagelaten minderjarige dochter van wijlen Petronella Buyttewegh en vanwie de vader Jacob van der Broek is, en Lijsbeth van der Sloot, nagelaten onmondig dochtertje van wijlen Lijsbeth Buyttewegh en van wie Huybrecht van der Sloot de vader is. Deze 2 kinderen zijn ook elk voor een vierde deel erfgenaam van genoemde Aeltge. Het opmaken van de lijst geschiedt in aanwezigheid van genoemde Van der Broek en Van der Sloot.
De lijst van de nagelaten goederen ontbreekt.
De slotclusie, waarin Jacob en Willem Buyttewegh de lijst goedkeuren, is niet gedateerd en door niemand ondergetekend.

N.B. In andere akten wordt de naam Buyttewegh ook wel geschreven als Buyttenwech, Buytewech, Buytenweg en Buyteweghs.

Een lijst van goederen, die Maertge Pieters van Noorden en haar nu overleden man Pieter Willemsz Uythoek bezeten hebben. Zij maakt deze lijst op met haar kinderen en mede erfgenamen Willem Pietersz Uythoek, scheepstimmerman, Gerrit Simonsz Hoogeveen, man van Clara Pieters Uythoek, scheepstimmerman, Simon Pietersz Uythoek, scheepstimmerman en Aelbrecht Pietersz Uythoek, scheepstimmerman, in verband met de verdeling van de nalatenschap. De kinderen zullen een kindsgedeelte erven. Dit komt in plaats van de huwelijkse voorwaarden van Maertge en Pieter.
Als onroerend goed wordt een huis, erf, en scheepstimmerwerf aan de Boomtgens genoemd, verder huisraad, kleding, goud-, zilverwerk, juwelen, aardewerk, porselein, enz. en gereedschap dat bij het beroep van scheepstimmerman behoort. Verder de schulden ten laste van de boedel en de doodschulden.
In de kantlijn wordt bij elk onderdeel van de lijst de erfgenaam genoemd aan wie dit toekomt.

N.B. De naam Uythoek wordt in andere akten als Uythoeck geschreven. Zie ook aktenr. 27 van dit inventarisdeel, waarin de partijen tot scheiding van de boedel komen. De naam Uythoek wordt in deze akte als Uythouck geschreven.

Maertge Pieters van Noorden, weduwe van Willem Pietersz Uythouck, haar kinderen Willem Pietersz Uythouck, Gerrit Simonsz Hoogeveen, man van Clara Pieters Uythouck, Simon en Aelbrecht Pietersz Uythouck, die elk voor een vijfde deel erfgenaam zijn van de nalatenschap van hun man en vader, komen tot een scheiding van de boedel. Onverdeeld blijft het huis, erf en scheepstimmerwerf, die samen getaxeerd zijn op 6000 gulden.
Elke partij ontvangt na verrrekening 1006 gulden.


N.B. Met "weduwe van Willem Pietersz Uythouck" wordt weduwe van Pieter Willemsz Uythoek bedoeld. Zie ook aktenr. 26 van dit inventarisdeel, waarin een lijst van de goederen is opgenomen. In deze akte wordt Uythouck als Uythoek geschreven.

Annetgen Cornelis, weduwe van Aelbrecht Cocx, kapitein op het schip De Kat, uit Amsterdam laat de notaris ten huize van haar moeder Neeltgen Aelbrechts aan de zuidzijde van de Vissersdijck een scheepskistje zien, waarin goederen van haar man zitten. Annetgen verzoekt de notaris bij de opening van het kistje aanwezig te zijn en van de inhoud een inventaris te maken. De notaris opent dit kistje en vindt een doosje met gouden voorwerpen, waaronder een ketting, tandenstokers en ringen, verder papieren, die in nieuwe houten dozen verzegeld worden, en allerlei voorwerpen o.a. van zilver, kleding, een zijden geuzenvlag, enkele boekjes, klein huisraad, en verzegelde papieren.
Annetgen heeft dat, wat haar toekomt, meegenomen en de rest weer in het kistje gelegd. De notaris heeft het met 6 zegels verzegeld.