Zoeken

Cornelis van Tol, wonende in Leiden, machtigt Leonart van Zijl, procureur, om namens hem al het geld te innen, dat Pieter Jansz Cormeij (Carmeij) hem schuldig is.

Embrecht van Stockum, 44 jaar, Jan Pietersz Bouman, 40 jaar, Willem Lambertsz Naveu, 32 jaar, Grietge Otten (Otte) 28 jaar, vrouw van Willem Rogiersz, verklaren op verzoek van Jannetgen Dirxdr van Leeuwen, vrouw van Pieter Fiool, dat sedert Pieter uit de straat geweerd is hij zijn tijd doorbracht met zuipen, dobbelen en spelen waardoor hij veel geld verloor. Als Jannetgen geld ontvangen had, verdronk en verspeelde hij het. Als hij thuis kwam, werd zij geslagen om haar weer geld af te persen. Hij dronk en speelde in kroegen op credit. Hij is bij kapitein de Liefde als kuiper gaan werken, waar hij zich vol brandewijn heeft gegoten, en hij een keer zo dol thuis is gekomen dat hij zich inbeeldde de 3e secretaris van het hof te zijn. Als hij geld van Jannetgen nodig had, dreigde hij haar de keel door te snijden, wat Van Stockum en Jan Pietersz hebben kunnen verhinderen. Pieter heeft het kapitaal en de winst van de wijntapperij verdronken. Jannetgen heeft de tapperij moeten verlaten en Pieter vond dat zij en de kinderen maar moesten gaan bedelen. Pieter is daarna kuiper bij kapitein Haegswant geworden, waar hij in ruim 3 weken 7,5 stoop brandewijn dronk, waarna hij 8 weken ziek in bed heeft gelegen. Hierna ging hij op de oude voet verder, sloeg zijn vrouw en kinderen en heeft 3x de vallende ziekte gehad.

Jan Cornelisz de Bruijn, wonende in Hillegersberg, verklaart dat hij 450 gulden van Isbrand Arijensz Chrijsman te ontvangen had in verband met de koop in 1648 van een aelmansschip. Bij het passeren van de brief is al 100 gulden voldaan. Chrijsman houdt zich niet aan de afspraak wat de aflossing van de schuld betreft. Cornelis van Hijselendoorn, procureur voor het Hof van Holland en de Hoge Raad, is om een uitspraak hierover gevraagd. Hij heeft deurwaarder Van der Horst ingeschakeld, waarna er door Chrijsman betaald werd. De Bruijn begrijpt nu dat Van der Horst vorig jaar Chrijsman weer heeft gesommeerd de brief of het restant daarvan te betalen met daarbij een bedrag aan onkosten. De Bruijn heeft Van der Horst daar geen opdracht voor gegeven, maar Van der Horst heeft dit op eigen gezag gedaan.

Cornelis Jacobsz Beijer (Beijr) machtigt Leonardt van Zijl, procureur voor het gerecht, om namens hem op te treden, in het bijzonder in een kwestie met Francois Verboom, baljuw.