Uw zoekacties:

65 Archieven van de Nederlandsche Handels-Hoogeschool, sinds 1939 Nederlandse Economische Hogeschool (NEH) te Rotterdam

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Geschiedenis van het archief
Inhoud en structuur van het archief
Verantwoording
65 Archieven van de Nederlandsche Handels-Hoogeschool, sinds 1939 Nederlandse Economische Hogeschool (NEH) te Rotterdam
Inhoud en structuur van het archief
Verantwoording
Titel:
Verantwoording
Nadat de Erasmus Universiteit Rotterdam de plaats had ingenomen van de Nederlandse Economische Hogeschool, zijn de archieven van de Hogeschool naar het gemeentearchief overgebracht. In 1970 was reeds het oudste gedeelte overgebracht. Hierbij zaten ook archiefbescheiden van de Commissie Voortgezet Handelsonderwijs en van de Stichting Hoogeschoolfonds-1920. In eerste instantie nam dhr. E.S. Rohlfs de inventarisatie ter hand; na zijn vertrek in 1979 opgevolgd door drs. F.A.M. Schoone. Omstreeks 1985 werd de inventaris uitgetypt en werden de stukken geëtiketteerd. Bij het inventariseren bleek dat veel archiefmateriaal van de besturende colleges, alsmede de bescheiden die betrekking hebben op de oprichting, bij het bombardement in 1940 verloren zijn gegaan. De inventaris omvatte toen de inv. nrs. 1-2338.
Een later ontvangen aanvulling, die in eerste instantie onbewerkt bleef, werd in 1990/91 geïnventariseerd door K.F. van Dijk. De 427 nummers van deze aanvullingen werden met de bestaande inventaris samengevoegd tot één geheel (inv. nrs. 2350-2777). Rosanne Vis beschreef in 2004 een van de Stichting Universitair Historisch Kabinet ontvangen aanvulling (inv. nrs. 2797-2983). In 2006 werd door Ronald Rommelse nog een kleine aanvulling beschreven en toegevoegd aan de inventaris (inv. nrs. 2984-3092). Bij deze gelegenheid werd opnieuw een uitgebreid institutioneel onderzoek gedaan. Hieruit bleek dat de ordening van de bestaande inventaris niet geheel consequent was en er enkele onduidelijkheden in zaten. Er werd dan ook besloten om de inventaris te herordenen.
De Commissie Voortgezet Handelsonderwijs en de Stichting Hoogeschoolfonds-1920 waren twee zelfstandige instellingen. Om het onderscheid aan te geven tussen de archiefbescheiden van beide instellingen en die van de NHH/NEH kregen de twee gedeponeerde archieven een afzonderlijke plaats achterin de inventaris. Op de tweede plaats was de cesuur van 1973, het jaar waarin de NEH opging in de Erasmus Universiteit Rotterdam, niet helemaal strikt toegepast. De stukken na 1973 zijn uit de inventaris gehaald en overgebracht naar het archief van de universiteit dat op dit moment berust bij de universiteit zelf in het complex Woudestein.
De archieven van de NHH/NEH zijn verdeeld in drie delen: beheer van de school, exploitatie van de school en onderwijs-technische aangelegenheden en tot slot documentatie. De eerste twee delen zijn daarna onderverdeeld in deelarchieven van de bestuursorganen die het archief gevormd hebben. In het eerste deel, het beheer van de school, is een cesuur aangebracht in 1956. Dit is het jaar waarin de oude vereniging werd gesplitst in een Trustfonds en in de Vereniging de NEH. In de oude inventaris bestond deze cesuur nog niet. Enkele stukken zijn daarom verplaatst. Het tweede deel bestaat uit vier rubrieken: Het archief van de curatoren (1913-1971) en zijn opvolger het College van Bestuur (1971-1973), het archief van de subcommissies van curatoren (1913-1964), het archief van de Rector Magnificus (1913-1973), de senaat en de assessoren (1960-1971) en het College van Dekanen (1971-1973) en als laatste het archief van de NEH-raad. De cesuur van 1956 is in dit deel niet toegepast. De opsplitsing van de vereniging bracht voor de exploitatie van de school en onderwijs-technische aangelegenheden minder grote veranderingen met zich mee dan voor het beheer.
De bovenstaande deelarchieven zijn weer opgedeeld in stukken van algemene aard en stukken betreffende bijzondere onderwerpen. In de oude inventaris was de rubriek stukken betreffende bijzondere onderwerpen onder het deelarchief van de Rector Magnificus, de senaat en de assessoren en het College van Dekanen verdeeld in twee periodes. Ook hier was geen duidelijke cesuur aangebracht.
In de nieuwe inventaris is deze cesuur gelegd in 1963, het jaar waarin er op onderwijs-technisch vlak veel veranderde in verband met de komst van een juridische en een sociale faculteit. In verband met deze cesuur zijn er wederom enkele stukken verplaatst.
Tot slot is de inleiding herschreven, waarbij vooral de institutionele geschiedenis flink is uitgebreid. Het archief is in goede staat en beslaat nu 60 meter planklengte.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Opmerkingen openbaarheidsbeperkingen

Kenmerken

Datering:
(1902) 1913-1973
Beschrijving:
Inventaris van de archieven van de Nederlandsche Handels-Hoogeschool, sinds 1939 de Nederlandse Economische Hogeschool, (1902) 1913-1973
Auteur:
E.S. Rohlfs, F.A.M. Schoone, K.F. van Dijk, A.M.C. Vis en R.J.A. Rommelse
Plaats van uitgave:
Rotterdam
Jaar van uitgave:
2006
Overheid of particulier:
Particulier