De eerste vrouwelijke wethouder van Rotterdam
Jannetje ‘Nancy’ Zeelenberg

In 1964 bezocht de Rotterdamse wethouder van financiën en kunstzaken Jannetje ‘Nancy’ Zeelenberg (1903-1986) een tentoonstelling van de wereldberoemde Russische kunstenaar Wassily Kandinsky in Bazel. Toen het New Yorkse Guggenheim datzelfde jaar plots vijftig Kandinsky’s op de markt bracht, was Zeelenberg vastberaden: vanwege het grote belang voor museum Boijmans van Beuningen – en daarmee voor Rotterdam – moest de gemeente elf schilderijen voor het museum aankopen.
‘Dat lukt nooit’, waarschuwde de kunsthandelaar die de klus moest klaren. Maar het onmogelijke gebeurde toch en niet veel later was het museum elf topstukken rijker. Dat het gelukt was te concurreren op een belangrijke veiling was tot daar aan toe, maar dat het Zeelenberg lukte om de gemeente te overtuigen van een miljoenenaankoop was ‘een wonder’, aldus de toenmalige Boijmans-directeur J.C. Ebbinge Wubben.
Doortastendheid en overredingskracht kenmerkten Nancy Zeelenberg. Na haar indrukwekkende loopbaan (lid van de Provinciale Staten namens de PvdA, eerste vrouwelijke lid van het college van B&W (!), lid van de Gemeenteraad van Rotterdam, lid van de Eerste- en Tweede Kamer, locoburgemeester van Rotterdam en lid van de Raad van State) werd ze door oud-collega’s getypeerd als een zeer toegewijd persoon die altijd nauwgezet en gedetailleerd te werk ging. Ze had daarbij veel juridische kennis, kende Den Haag door en door en had ‘gouden contacten’ met ministers, topambtenaren en het parlement. Dit alles maakte haar een onmisbare kracht voor de grote en dure projecten in Rotterdam waar ze medeverantwoordelijk voor was – denk aan de bouw van de Doelen, Botlek, Europoort en de aanleg van de metro.
Ondanks haar kwaliteiten werd Zeelenberg lager ingeschat dan haar mannelijke evenknieën. Bij haar aantreden als wethouder in 1956 had ze zich al ruimschoots bewezen en toch kreeg ze alleen de portefeuille voor Financiën toegeschoven, terwijl haar voorganger ook verantwoordelijk was geweest voor de haven. Dit laatste vond men nu eenmaal geen geschikt werkterrein voor een vrouw. De portefeuille Kunstzaken, die ze er later bijkreeg, zou beter bij haar passen. Zeelenberg – die overigens vond dat het niet om haar vrouw-zijn moest gaan – probeerde zich juist hard te maken voor gelijke rechten tussen mannen en vrouwen. Ze was actief voor de Vrouwenbond van de PvdA en de Vereniging voor Vrouwenbelangen. Maar ondanks haar vooruitstrevende houding ten opzichte van man-vrouwverhoudingen was ze ook een product van haar tijd: werken was goed, maar moeders hadden volgens haar vooral de plicht om de eerste jaren na de zwangerschap te stoppen met werken. Met Hedy d’Ancona’s denkbeelden had ze ook maar weinig op en vrouwelijke gedetineerden konden wat haar betreft niet beter re-integreren dan door keukenwerk.
Voor Zeelenberg – zelf ongehuwd en zonder kinderen – kon het werkende leven niet lang genoeg duren. Ze ging pas met pensioen op haar 75ste, maar had daarna zó graag nog willen meewerken aan de realisatie van de nieuwe Rotterdamse Schouwburg. Het laat maar zien hoe gedreven ze was voor Rotterdam.
Op de beeldbank van het Stadsarchief Rotterdam zijn diverse foto’s van Zeelenberg te vinden, vaak omringd door mannen bij belangrijke gebeurtenissen of vergaderingen. Daarnaast heeft het Stadsarchief verschillende documenten in de collectie; variërend van concepten van haar politieke redevoeringen, tot stukken van haar lidmaatschap van de Eerste Kamer en persoonlijke aantekeningen. Deze zijn te vinden in de handschriftenverzameling, in de inventarisnummers 4640-4671.
Vrouwenjaaractiviteiten elders in de stad
Meer weten over activiteiten in de stad in het kader van het vrouwenjaar? Ga dan naar de website Vrouwen van Rotterdam.