Uw zoekacties:

5153 Archief van De Droespolder onder de gemeente Rozenburg

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Archiefvorming
Geschiedenis van de archiefvormer
Geschiedenis van het archief
5153 Archief van De Droespolder onder de gemeente Rozenburg
Archiefvorming
Geschiedenis van het archief
Titel:
Geschiedenis van het archief
Voor wat betreft de polderarchieven van het eiland Rozenburg was tot voor kort alleen een archief bekend van de polder Rozenburg en Blankenburg en een archief van de Krabben- en Graspolder.
Op 8 januari 1986 kwam via de Stichting Oudheidkamer Hellevoetsluis een keur uit 1932 van de zogenaamde Droespolder te voorschijn. Deze gedrukte keur deed vermoeden dat er een archief van de Droespolder moet hebben bestaan. Terstond werd een speurtocht op touw gezet naar de verblijfplaats van dit archief.
Aangezien reeds spoedig werd gedacht aan de gemeente Rotterdam werd contact opgenomen met de gemeentelijke archiefdienst, echter vooreerst zonder het gewenste resultaat. Het onderzoek dreigde op dood spoor te geraken. Door de archivaris van het waterschap De Groote Waard te Klaaswaal waren echter enige stukken geschonken met betrekking tot de opheffing van de Droespolder uit 1964, die aanleiding tot nadenken gaven. Uit deze stukken bleek namelijk dat de heer L.C. Roekx, rentmeester te Barendrecht, de functie van vertegenwoordiger van de genoemde polder had vervuld. Een telefoongesprek met het huidige rentmeesterkantoor Roekx te Barendrecht bracht het onderzoek weer op gang.
De heer H.H. Roekx was zo vriendelijk bij schrijven van 23 juli 1991 een lijst van archiefstukken van de Droespolder op te zenden, die op 25 januari 1966 door de heer L.C. Roekx was overgedragen aan de gemeente Rotterdam, op grond van een bepaling in het besluit van Provinciale Staten tot opheffing van de polder. Een hernieuwd contact met de gemeentelijke archiefdienst van Rotterdam was aanleiding tot een zeer uitgebreid onderzoek in de gemeentelijke archiefbewaarplaats en niet zonder resultaat. Op 26 augustus 1991 kwam het verlossend telefoontje.
Bij schrijven van 21 november 1988 was de gemeentearchivaris van Rotterdam reeds verzocht medewerking te verlenen om de verspreide bewaring van de archieven met betrekking tot Rozenburg te beëindigen.
Dit hield in praktijk in een verzoek tot toevoeging van de in de gemeentelijke archiefbewaarplaats berustende delen van de archieven van de Krabben- en Graspolder alsmede de Droespolder bij de in de archiefbewaarplaats van het waterschap De Brielse Dijkring berustende delen van de genoemde archieven.
Door deze overdracht zouden dan alle overheidsarchieven van het eiland Rozenburg onder beheer van het Streekarchivariaat komen te berusten.
Door de medewerking van de gemeentearchivaris van Rotterdam konden de bescheiden van de Droespolder op 27 augustus 1991 worden overgedragen.

Het archief is in 2017 overgedragen aan het Stadsarchief Rotterdam.

De Droespolder heeft pas bij de wijziging van het reglement in 1918 een publiekrechtelijk karakter gekregen.
Vanaf die tijd werd een administratie bijgehouden en een archief gevormd.
De omvang van het archief was beperkt. Een voorstel van de Inspecteur der Archieven uit 1926 om voor het polderarchief een kastje aan te schaffen werd door de ingelanden zelfs afgedaan als niet noodzakelijk. * 
Het archief werd volgens een brief van 9 september 1924 bewaard in één van de bekende dozen van de firma Samsom.
Aangezien in de polder "weinig omgaat", kon deze doos nog vele jaren dienst doen. * 
De secretaris-penningmeester hield dit archief goed bij, immers de vertegenwoordiger van de polder deelde tijdens een op 6 oktober 1932 gehouden vergadering mede het archief nagesnuffeld te hebben en daarbij tot de conclusie gekomen te zijn dat de administratie keurig in orde was. * 
Nadat de secretaris-penningmeester in 1943 zijn ontslag had aangevraagd en de vertegenwoordiger zijn werkzaamheden overnam ging het mis. Notulen en brievenboeken werden niet meer bijgehouden, rekeningen niet meer opgemaakt en vastgesteld, kortom een zeer gebrekkige administratie was het gevolg.
Op dat punt getuigde het voorstel van de vertegenwoordiger om zijn jaarwedde als secretaris-penningmeester vast te stellen op nul gulden van een vooruitziende blik.
Aan deze situatie kwam in 1948 een einde toen de heer L.C. Roekx werd benoemd tot vertegenwoordiger en secretaris-penningmeester.
Vanaf die tijd werd weer een nauwkeurige administratie bijgehouden, hetgeen ook een positieve uitstraling had op de zorg voor het archief. Mede op advies van de Inspecteur der Gemeente- en Waterschaparchieven werd zelfs een onderzoek gedaan naar de verblijfplaats van het oude archief, omdat het ontbreken van oudere stukken de aandacht had getrokken.
De heer Roekx zocht voor dit doel contact met de vroegere secretaris-penningmeester, de heer D. Ardon, die toen in Rotterdam woonachtig was en alle medewerking verleende.
De heer Ardon liet bij schrijven van 6 april 1951 weten niet meer over archiefstukken te beschikken. Het was hem, aldus zijn brief, nooit gelukt om voor de Droespolder een apart kastje of kistje aan te schaffen, zodat hij de bescheiden verzamelde in een zogenaamde materiaaldoos van Samsom, die bewaard werd in de kast van de Krabbenpolder. Bij de aanvaarding van zijn functie, zo lezen we verder in zijn brief, had hij de toen aanwezige bescheiden, gewikkeld in een krant, van de heer J. van Galen in ontvangst genomen.
In 1943 had hij alle stukken overgedragen aan de vertegenwoordiger. * 
Bij de huidige inventarisatie van het archief van de Droespolder is ook het ontbreken van enige belangrijke documenten niet onopgemerkt gebleven.
Allereerst ontbreken alle reglementskaarten en diverse besluiten tot vaststelling en wijziging van het reglement. Voorts zijn de zo belangrijke besluiten uit 1919 en 1920 over de vaststelling van de bijdrage in de onderhoudskosten van de Droespolderdijk zoek.
Eveneens ontbreken het Koninklijk Besluit tot benoeming van een vertegenwoordiger uit 1919, het in 1921 vastgestelde en tot de opheffing van de polder bijgehouden gaarderboek alsmede de keur van 1922. Pogingen om deze en andere ontbrekende bescheiden op te sporen zijn vruchteloos gebleken. * 
Het archief stond bij Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg bekend onder archiefnummer 018 en is in 2017 overgedragen aan het Stadsarchief Rotterdam.
Inhoud en structuur van het archief
Verantwoording
Aanwijzingen voor de gebruiker
Opmerkingen openbaarheidsbeperkingen

Kenmerken

Datering:
(1862) 1917-1965 (1966)
Beschrijving:
Inventaris van het archief van De Droespolder onder de gemeente Rozenburg, (1862) 1917-1965 (1966)
Auteur:
L.W. Hordijk
Plaats van uitgave:
Rotterdam
Jaar van uitgave:
1994 (2020)
Overheid of particulier:
Overheid