Zoeken in archieven

Johannes Adrianus Rijkee, koopman, wonende te Alblasserdam, in hoedanigheid van lasthebber van Adrianus Rijkee, koopman, wonende te Alblasserdam verkoopt aan Johannes Cornelisz de Jong, meester broodbakker, wonende te Alblasserdam een huis met schuur, erf en tuin, weiland, boschhakhout en watering staande en gelegen te Alblasserdam, aan den Kinderdijk en in den polder Blokweer, te samen groot 1 hectare, 27 Are en 72 Ca. Dit alles tegen de som van fl. 3.500,00.

Hendrik Nicolaas den Hartog, bouwman, wonende te Ridderkerk, in hoedanigheid van uitvoerder van de uiterste wilsbeschikking van Gerrit Nicolaasz den Hartog, verklaart dat deze op 18 dec. 1890 is overleden.
Voorts in tegenwoordigheid van:
1. Hermina Snaauw, zonder beroep, weduwe van Gerrit Nicolaasz den Hartog, wonende te Ridderkerk,
2. Hendrik Nicolaas den Hartog, voornoemd
3. Simon de Koning, bouwman, wonende te Hendrik Ido Ambacht, in hoedanigheid van vader van zijn kinderen Nicolaas en Hendrik de Koning, beiden minderjarig, geboren uit zijn huwelijk met Maartje den Hartog.
Voor beschrijving van de boedel, zie de orignele akte.

Hendrik Willem Coert, zonder beroep, wonende te Ridderkerk, die verklaarde bij deze te hebben verkoopt aan Gerrit Coert, meester broodbakker en winkelier, wonende te Ridderkerk:
Een woonhuis, waarin broodbakkerij en winkel met het noordelijk gedeelte erf, stande en gelegen te Ridderkerk op het dorp, groot 1 Are en 90 Ca. dit geheel tegen de som van fl. 3.500,00.

Cornelis Teunisz Plaisier, vlasboer, Lodewijk Arie Bastiaansz Zwart, bouwman, en Gerrit Jan Pietersz Nijman, meesterkleermaker, allen wonende alhier, Kerkmeesters van de Nederlands Hervormde Gemeente alhier verhuren 5 percelen weiland aan Paulus Roos, Frank Lagendijk(2 percelen), Johannes Schouten, Simon Marcus den Hartog.
De verhuring zal geschieden voor de tijd van drie jaar, ingaande op heden en zullende eindigen met Kerstmis, 1893.