Zoeken in archieven

Maria Tobia Diederika Prins, kantoorbediende te Ridderkerk, als gemachtigde van Jan Mattheus Corneliszoon van Nes, vlaskoopman te Rijsoord gemeente Ridderkerk, die de ouderlijke macht uitoefent over zijn drie minderjarige kinderen genaamd Cornelis Pieter, Geertje en Pieter van Nes, geboren uit zijn huwelijk met Lijntje de Koning.
1. Cornelis van Pelt, staalgieter.
2. Jacob Oudijn, vormer.
3. Pieter de Weerdt, caoutchoucbewerker.
4. Jan Konijnenburg, vormer - allen te Ridderkerk.
De gemelde nummers 1, 2 en 3 in hun hoedanigheid van resp. voorzitter, secretaris en penningmeester en nummer 4 als secundair, tezamen uitmakende het bestuur van de Coöperatieve Bouwvereniging Ons Genoegen gevestigd te Ridderkerk. Prins verklaart dat haar lastgever voor diens voornoemde minderjarige kinderen te leen heeft gegeven aan en deze minderjarige te vorderen hebben van gemelde coöperatieve bouwvereniging een bedrag van 10.000 gulden. Tot waarborg van de terugbetaling bezwaart het genoemd bestuur met een eerste hypotheek: 10 huizen, schuren en erven en een perceel tuinland hierachter gelegen, alsmede het altijddurend erfpachtrecht van een strook grond daarvoor gelegen in Ridderkerk aan de Kerkweg.