Zoeken in archieven

Op verzoek van Christiaen Rachel, juwelier te 's Gravenhage, verklaart Martijntje Hendriks/Henders, vrouw van Jan Dirkse van Wielinge die als bootsman op een schip van koopman Cramer vaart, verklaart het volgende. In 1704 heeft zij als dienstmaagd enige maanden bij Juffrouw Clavijn, wonend aan de Boomtjes, gewerkt. Het huis is gelegen naast het Oostindische Huis, genaamd 'Breslauw'. Martijntje zegt de lindekooplieden/compagnons Smit en Keerbergen, wonend aan de Leuvehaven en Juffrouw Scholtius, thans wonend naast het Stadhuijs en oudste dochter van Doctor Scholtius, goed te kennen. Het huis van Scholtius zou een huis van lichte zeden zijn en de 'dames' Clavijn en Scholtius van slechte reputatie.