Zoeken in archieven

Andries de Roij den ouden en Pieter Duijfhuijsen, gerechtsbode, leggen een verklaring af op verzoek van Andries de Loose, pachter van de impost van 't zout.
De Roij zegt dat hij, geassisteerd met de inmiddels overleden Gerrit van der Meer, gerechtsbode, aantekeningen heeft gemaakt van 't zout en het hooftgeld van de eerste termijn ten overstaan van de pachter en van de tweede termijn ten overstaan van Pieter Lambrechtsz Schenck als assistent van de pachter.
Hij was met Van der Meer bij Jan Pietersz Moliers, lakenkoper wonend op de hoek van de Corte Hoofsteech.
Hij heeft in beide termijnen Moliers gevraagd hoe sterk zijn familie was en het antwoord in het boek en op het biljet aangetekend.
Zij zeggen dat zij heden op verzoek van en met de gemachtigde naar het huis van Moliers zijn gegaan omdat de gemachtigde Moliers wegens absentie heeft bekeurd. Moliers heeft aan de anderen een persoon voor het hooftgeld heeft verzwegen. De familie Moliers bestaat uit 2 ouders en 3 dochters.
Duijfhuijsen zegt de dag van de gerechtszitting aan aan de vrouw van Moliers. Zij zegt dat hij zelf haar man moet aanspreken.