Zoeken in archieven

Frederik Michielsz van Leeuwen, wonende aan de noordzijde van het Hangh, handhaaft de huwelijkse voorwaarden, die hij met zijn huidige vrouw Anthonia Jans d.d. 3 januari 1651 heeft opgemaakt, maar waarin hij echter nu de volgende veranderingen aanbrengt.
Frederik benoemt zijn "vrinden en magen" tot zijn erfgenamen. Zij zullen Anthonia behalve haar rechten in de huwelijkse voorwaarden haar levenlang jaarlijks 200 gulden uitkeren en haar de juwelen, het goud, zilver, enz. geven, die zij op haar huwelijksdag heeft gekregen. Jacob Dircksz van Leeuwen, varende man, man van Lijsbeth Pieters, wonende in de Vijff Ringen bij de Mandemakersbrugge, zal een legaat van 200 gulden ontvangen. Voorts bepaalt Frederik wat er moet gebeuren met de goederen die Jannetge van Leeuwen, dochter van zijn broer, vrouw van Pieter Theunis Fyoel, wijnkoper, zal nalaten. Hij bepaalt o.a. dat haar kinderen haar erfgenamen zullen zijn.
Tot voogden benoemt hij zijn neven Johan Snaets, kapitein geweldige bij de Admiraliteit, en Gijsbrecht Florisz van Diemen, bakker.

N.B. De naam Fyoel wordt in andere akten als Fiool of Fijool geschreven.
Zie ook aktenr. 33 van dit inventarisdeel.

Angeneta (Angeniet) Heynrikx, man van Joost Guldemont, uit 's Gravenhage, benoemt tot haar enige erfgenamen de kinderen van haar neef Michiel de Bruyn, chirurgijn, die van haar nichten Jannetgen en Aeltgen de Bruyn en van haar neef Heyndrik de Bruyn uit Dordrecht. De neven en nichten zullen hun levenlang het vruchtgebruik van deze goederen ontvangen. Haar man Joost zal gedurende zijn leven jaarlijks 200 gulden ontvangen van de erfgenamen.
Tot voogden over de minderjarige erfgenamen en executeurs van haar testament benoemt zij haar 2 neven uit 's Gravenhage Jacob de Clercq, zijdenlakenverkoper, en Anthony Vastrick en Johan ten Ham, solliciteur in Voorburg.

Theuntgen Aryens, weduwe van Lauwerens Joppen, varende man, legateert aan haar dochter Neeltge Lauwerens haar bed met toebehoren en 100 gulden, welk bedrag haar andere 2 kinderen bij hun huwelijk al hebben ontvangen. Zij benoemt genoemde Neeltge en haar dochter Ariaentge Lauwerens, weduwe van Jan Pietersz de Vries, tot haar erfgenamen. Zij zullen aan Joosgen Willems en Willem Willemsz, nagelaten minderjarige kinderen van haar zoon Willem Lauwerensz, 150 gulden geven. Verder benoemt zij Christiaen Jacobsz Bosch, stalmeester, en Abraham Winckelmans, goede bekenden van haar, tot executeurs van haar nalatenschap en voogden over de minderjarigen erfgenamen.

Jan Salomonsz en zijn vrouw Cornelia de Grootte, wonende in de Keyserstraet, benoemen elkaart wederzijds tot hun erfgenaam. Zij annuleren hun testament, dat zij bij Gerard Cornelisz, notaris in Middelburg in Zeeland, hebben opgemaakt.