Zoeken in archieven

Johan Dingmanssen Halling, brouwer in de Posthoorn, machtigt Andries van Aller, procureur voor de schout, burgemeesters en schepenen van Middelburch in Zeelant, om 985 gulden te vorderen en te ontvangen van Jan Laurenssen Koestaert, biersteecker te Middelburch, als rest van een groter bedrag voor leverantie van bieren.

Jan der Chanteloo, koopman te Amsterdam, machtigt Servaes Hannot, procureur voor de schepenen alhier, om 677 gulden te vorderen en te ontvangen van Petrus de Stercke, gewezen kruijdenier, die Petrus schuldig is volgens een obligatie d.d. 11-4-1657 bij notaris Johannes van Weel (overleden) en de zaak af te handelen.

Neeltgen Floorens de Haen, weduwe van Teunis Stevensz de Rou, wonend te Dordrecht op de Elffhuijse, machtigt notaris Dirk Blok om de rente van 1273 gulden kapitaal sedert 8-9-1648 te vorderen en te ontvangen van Boudewijn Corsteaensz van Rijk, tapper of herbergier, volgens een obligatie onder de hand d.d. 5-9-1648.

Grietgen Pieters, weduwe van capteijn Pieter Kocx, is universeel erfgenaam volgens zijn testament d.d. 14-1-1655 bij notaris Adolff Gommelraet.
Zij machtigt capteijn Daniel Bacx om 1000 gulden bij de weeskamer te lichten ten behoeve van de nagelaten kinderen van Adriaen Hollaer en daartoe een rentebrief te passeren en te verzekeren op haar huis en erf aan de zuidzijde van de Nieuwe Haven, belend door de weduwe en erfgenaam van capteijn Michiel Fransen van den Berch ten oosten, Cornelis Jansz van der Mij, kuiper, ten westen en achter tot de drop van Pieter Josues Roobol.