Zoeken in archieven

Thomas Heijndricksz en Pieter Gerritsz (Gerrets), kooplieden, wonende in Bergen in Noorwegen, verklaren dat zij achter zijn met het betalen aan Patrick Bruce, Schotsman, wonende in Montros in Schotland, Thomas voor ongeveer 300 rijksdaalders en Pieter voor ongeveer 340 rijksdaalders, volgens de rekening van Abraham de Hertoch, koopman alhier, in verband met koopmansschappen, die door Bruce aan hem zijn verzonden. De partijen komen tot een verrekening. Omdat genoemde Heijndricksz en Gerritsz naar Amsterdam moeten en deze zaak willen afhandelen machtigen zij Heindrick Pietersz Wolff, koopman alhier, om de verrekening af te handelen. Patrick Bruce stemt met bovenstaande akte in en geeft verder uitleg over de verrekening.