Zoeken in archieven

Pieter Karelsz Perdaens, timmerman, als man en voogd van Trijntge Abrahamsdr van der SWaen, dochter van de reeds overleden Abraham van der Swaen. Is een proces aangegaan tegen Egbert van Heijligenberch wat thans nog bij de Hove van Holland en West Friesland ligt. Egbert heeft een eerder proces voor de Schepenen en Commissarissen van Schiedam verloren en is daardoor in hoger beroep gegaan bij genoemde Hove van Holland. Pieter machtigt thans Pieter van Groenevelt, procureur en notaris te `s-Gravenhage om namens de erfgenamen het proces en de uitspraak verder af te handelen.

Adriaen (Arij) Otten van Uithuijsen verkoopt aan Isaäk Ketelaer, die hier mede compareerde, zijn halve zuidmuur met drop en de grond plus de grond waarop het kookhuijs van Ketelaer staat. De verkooppreis is 50 carolusgulden.

Melis Jacobsz de Roth, lackenbereijder, verklaart dat hij aan Aeltge Hermansz van der Vult weduwe van Reijnier van Driel schuldig is een som van 300 carolusgulden welke hij in contanten heeft ontvangen, mocht hij in gebreken blijven dan laat hij zich vrijwillig gijzelen door de procureurs van de Hove van Holland
N.B. In de marge is vermeld dat bovenstaande skte op 18 februari 1661 is afgelost en geroyeerd is.

Anneken Willemsdr weduwe van Henric Henricx van Dort, de laatste is in Oost-Indië overleden. En Leendert Henricx Steenhouwer getrouwd met Janneke Andries dochter van Andries Henricx welke een volle broer is van genoemde Henric Henricx van Dort. Leendert Henricx Steenhouwer treed ook op als gemachtigde van Corstiaen Aerts getrouwd met Barber Jansdr, stiefzuster van genoemde Henric Henricx van Dort. Zij hebben van Nicolaes Pael getrouwd met Jannetge Goossens, (eerder weduwe van Cornelis Jacobsz van Oosten) een bedrag van 400 Carolusgulden ontvangen. Dit bedrag is de hypotheek die op het huis staat waar Pael thans in woont. Het huis staat aan de westzijde van Botersloot. Hiermede heeft Pael zijn hypotheek afgelost en de erven verklaren geheel voldaan te wezen en nergens geen recht meer op hebben.
N.B. Leendrt Henricx Steenhouwer tekent met Leendert Henricx Gronthoudt, getuigen waren: Cornelis Willemsz Rijsbrouck en Arnout Santevlucht.