Zoeken in archieven

Alida Gerrits Lofrijs, 34 jaar, vrouw van notaris Adriaan van Aller, verklaart op verzoek van Pleuntge Gillis, weduwe en boedelhoudster van Joannes Nieupoort, dat zij in oktober of november 1657 bij haar thuis aan de oostzijde van de Molesteeg met Jaapge Cornelis, vrouw van Joannes van Gesel, gesproken heeft over 2 obligaties, de ene van 1000 en de andere van 900? gulden, waarop Pleuntge ten laste van Jaapge aanspraak had gemaakt en waarvan ten profijte van Jaapge op 25 april 1653 door de man van Pleuntge een kwitantie is opgemaakt, waardoor de obligaties voldaan waren. Jaapge Cornelis vertelt aan Alida hoe zij aan de kwitantie is gekomen, nl. door Joannes Nieupoort bij haar thuis met een aantal roemers wijn dronken te voeren. Jaapge was bang dat haar huwelijk anders niet door zou gaan. Alida had via haar man een kopie van de obligaties en wilde die aan Jaapge geven, die Jaapge wel wilde hebben, maar niet zou betalen, want zij had een kwitantie. Jaapge heeft die kopie toch ontvangen.