Zoeken in de beeldbank

Geschiedenis van het lot van de slaven in Suriname en hun bestaan na de afschaffing van de slavernij (1863), beschreven door een Surinamer, die om zijn politieke activiteiten uit Suriname verbannen werd. Deze zesentwintigste druk is de eerste ingebonden druk sinds 1934 en is voorzien van drie nieuwe voorwoorden: van schrijfster Tessa Leuwsha, letterkundige Duco van Oostrum en activist Mitchell Esajas.

Met de komst van Surinamers naar Nederland, namen zij niet alleen hun tradities, gewoonten en (eet)cultuur mee, maar ook de kaseko-muziek. Een muziekstijl gebaseerd op de vierkwartsmaat, met ritmepatronen op gebaseerd op het gevoel.

In maart 1795 schreef een Surinaamse vrouw in Paramaribo, genaamd Jetje, twee brieven aan een Nederlandse marine-officier, Jan Willem Krafft. De brieven zijn nooit aangekomen. Het schip werd gekaapt door een Engels marineschip en naar Londen opgebracht. De brieven werden bewaard in het archief van het High Court of Admiralty en nu in The National Archives in Kew.

Verschillende auteurs onderzochten in dit deel de verwevenheid van koloniale handel en de stad Rotterdam. Aan bod komen o.a. de geschiedenis van de koloniale scheepvaart en handel, de koloniale impact op industrie en financiële dienstverlening, de sporen van het koloniale verleden in architectuur en stedenbouw, koloniale museale collecties en (post-)koloniale migranten van en naar Rotterdam.