Zoeken in notariële akten

Koopman Nicolaus duChemin machtigt NN te Amsterdam om te vorderen en innen tegoed geld, a) van Hendrico Schuit, assuardeur, vanwege assurantie volgens schuldboek; b) van Daniel de Groot, het tegoed als uit arrest aldaar gedaan. Debiteuren kunnen gerechtelijk vervolgd worden en gemachtigde kan alle noodzakelijke stappen nemen.

Andries Commerseyn, koopman, bekent 2.000 gulden geleend te hebben van Willem van Couwenhoven, raad ter Admiraliteit. Er wordt een betalingsregeling op rente afgesproken, waarbij Andries een obligatie van ditzelfde bedrag als pand geeft. De rente, met dezelfde hoogte als in delening, kan Couwenhoven hiertoe benutten.
De obligatie dateert uit 1648 en was ten profijte van Sara Schrobbelinghs en ten laste van het gemene land van Holland en WestFriesland, ten kantore te den Briel.

Jannetge Gerrits -weduwe van Hendrick Jansz Koert- verkoopt aan Jochem Klaessen Sarent, meestersmid uit Delft, haar huis en erf aan de Delfsvaert ofte Doelwech alhier.
Het perceel staat naast Yeman Doelman en de gang bij weduwe Cornelis Speck, waar het huis zijn vrije drop heeft. De koopsom is 1.600 gulden, waarvan 450 te betalen bij overdracht gifte en de rest op rente.
Als borg geeft verkoper de oude gifte.

Claes Claessen Kuicken, weduwnaar van Maritgen Claes, toekomstig bruidegom, en Susanna van de Water, weduwe van Franchois Willemsz, toekomstig bruid, maken huwelijksvoorwaarden.
Er zal geen gemeenschap van goederen bestaan; overzicht van bezit volgens inentarisatie. Oook winst en verlies zullen gesplitst blijven. De bruid zal rente van haar kapitaal in huishouding inbrengen; de bruidegom idem en ook schaden en baten dragen. Ieder zal beheer hebben van haar/zijn goederen. Bij vooroverlijden van bruidegom zal bruid 1.000 gulden trekken uit zijn nalatenschap, alsmede kleding en persoonlijk bezit. Idem als bruid eerstoverledene is trekt bruidegom 3.000 gulden als legaat, en ook kleding en het persoonlijk bezit.