Zoeken

Jan Bouwensz coopman, man van Aegtgen Gerritsdr coeckenbackster,
mede erfgename voor een zevende part in de nalatenschap van haar vader,
Gerrit Cornelisz coeckenbacker
machtigt zijn zwager
Maerten Gerritsz Canter coopman te Amsterdam,
met de mede-erfgenamen de helft van twee huizen op de Haerlemmerdijck
tegenover het West-Indische Huys te verkopen waarvan de achterzijde
grenst aan de stadsherberg Den Omval.

Jan Corssen bekent dat hij 100 gulden schuldig is aan Johan van Driel,
brouwer in de Rooden Leeuw wegens de levering van bier.
De akte is niet ondertekend.

Op verzoek van
Zara Meeusdr weduwe van Jacob Jansz van der Goude
verklaren
Hendrick Evertsz Schalcker cleermaker 25 jr
en Hendrick van Emmerijck, scheemakersknecht, 22 jr,
dat zij Roeloff Knobben van Wesel die inwoonde bij requirante,
goed gekend hebben.
Hij is vertrokken en heeft zijn schulden aan voorn. Zara
niet betaald.
Bovendien is hij geld schuldig aan Annetgen Jacobsdr, j.d.
die eveneens inwoonde bij requirante.

N.B.: De akte is niet ondertekend.
Zie volgende akte nr. 167

Op verzoek van
Zara Meeusdr weduwe van Jacob Jansz van der Goude
verklaren
Hendrick Evertsz Schalcker cleermaker 25 jr
en Hendrick van Emmerijck
dat Claes Belkijn scheepsgast uit Amsterdam
ingewoond heeft bij voorn. Zara.
Hij is zonder betaling van kostgeld vertrokken.
Zie ook voorgaande akte nr. 167.