Zoeken

Cornelis van Noort herbergier te Ouderschie bekent 200 gld. schuldig te zijn aan Pieter Clemensz.

Claes Mourissen de Reus, cleermaecker, verkoopt aan Pieter Polen lootgieter een huis en erf, staande aan de noordzijde van het Hang voor 5.500 gld.
Belend Frederick Michielsz en Jan Henderixsz wachter.
Als borg stellen zich Jacob Celossen, bauiluwe (?) van de zochmerge (?) te Delft en Bastiaen Jansz van der Cost winckelier te Delft.

N.B.: Akte nr. 48 van deel 79 noemt Jacob Celosse als baljuw van de sayneringe.

Dirck Aelbertsz, molenaer, verhuurt zijn coorenwindmolen de eerstkomende drie jaren aan Cornelis Janssen, molenaer.
De molen staat op het Nieuwehooft op des heeren Bolwerck.

N.B.: Dirck Aelbertsz ondertekent met Dirck Aelbertsz van Ouwater.

Merten Tijssen Piennaker of Pijnake verhuurt een huis in de Crattestraet aan Geertgen Cornelisdr wed. van Hendrick Cornelisz Tiloes voor 2 jaren tegen 110 gld. huur per jaar.