Zoeken

Cornelis Barentsen Rees verzoekt de notaris om voor hem te gaan naar Ariaentgen Ariens, vrouw van Cornelis Bastiaensen, die hem heeft uitgescholden. De notaris dient haar te vragen of zij bij de door haar gedane beledigingen blijft.

Kapitein Johan de Haas verzoekt de notaris om voor hem te gaan naar schipper Maarten Andriesen den Aap en deze te vragen of hij bij zijn beschuldiging blijft. De beschuldiging luidt dat De Haas tijdens zijn laatste reis zijn commissie te buiten is gegaan en de meesters van Den Aap meer dan 2000 gulden te kort gedaan heeft.

Andries Hesselt de Dinter, schout van Oud-Beijerland, mede optredend namens de schepenen en de secretaris van de genoemde heerlijkheid, verzoekt de notaris om voor hem te gaan naar Jacob Voorburgh, gehuwd met Maria van Vredenburgh, oudste dochter van de overleden Willem van Vredenburgh, in zijn leven raad en vroedschap, alsmede naar de voogden van diens onmondige kinderen. De notaris dient hen aan te zeggen dat zij op de zestiende dezer maand in herberg 'De Sleutels' niet moeten overgaan tot de verkoop van een woning met boomgaard en land, zowel weiland als teelland, gelegen aan de Oud-Beijerlandsedijk in Oud-Beijerland, tenzij zij in de koopvoorwaarden zullen expresseren het recht van 't pontgeld en de honderste penning. De woning en het land worden begrensd aan de oostzijde door de Lange Middelweg, aan de zuidzijde door Maarte Basteaansen de Regt en Adriaan Hendriksen, aan de westzijde door de Oud-Beijerlandsedijk en Frans Aartsen, en aan de noordzijde door de Plaatseweg. De woning en het land zijn in gebruik geweest door Neeltgen Cornelis, weduwe van Koos Foppen.

De notaris doet de aanzegging aan Jacob van Vredenburch, brouwer in brouwerij 'Den Bril', en aan Christiaan Prins, raad, vroedschap en weesmeester, residerende te Crooswijk, ooms en voogden van de genoemde nagelaten onmondige kinderen.

De schout, schepenen en secretaris van Oud-Beijerland machtigen de notaris om namens hen te gaan naar de openbare verkoping van een zekere hofstede en landen, die Jacob van Voorburch, gehuwd met Maria van Vredenburch, oudste dochter van Willem van Vredenburch, in zijn leven raad en vroedschap, en de voogden van de weeskinderen van Willem van Vredenbuch op 16 april van plan zijn te houden in herberg 'De Dubbelde Sleutels'. De notaris dient de verkopers aan te zeggen dat de schout, schepenen en secretaris volgens oud gebruik van alle openbare verkopingen het recht hebben op het pondgeld, en de secretaris nog op de honderdste penning, en dat de verkopers dit in hun koopvoorwaarden moeten gedenken.

De voogden van de genoemde weeskinderen zijn: Jacob van Vredenburch, brouwer in brouwerij 'Den Bril', en Christiaan Prins, raad vroedschap en weesmeester, residerende te Crooswijk.

De notaris hoort de klerk van de secretarie de koopvoorwaarden in het portaal van de voorzaal van de herberg in het openbaar voorlezen, waaruit blijkt dat de koper van de woning en de landen het pondgeld en honderdste penning moeten betalen. De de woning en landen zijn opgeveild door de stadsomroeper Gillis Karpentier.

Verder wordt nog genoemd: IJsaack Tol, korenkoper.