Zoeken

Sybrant Roelants, oud 47 jaar en Dirck Gerrits Verburch, oud 44 jaar, verklaren op verzoek van Henric Joppen, geweesen collecteur van de impost op boter, dat zij zijn medestanders zijn geweest. Zij hebben in 1626 een zekere huysman, wonende op de Rotte, bekeurd omdat hij jarenlang boter had geleverd aan Leendert Aryens Clinckert, wonende op de Melckmarckt, zonder dat daarover impost werd voldaan.

Gijsbert Jans, caascooper, oud 56 jaar en Joris Cornelisz van der Pladt, oud 46 jaar, verklaren op verzoek van Jan Aryens Melkmeit, dat zij jarenlang tonnevlees van hem hebben betrokken en dit desgewenst ook onder ede willen getuigen.

Teunis Cornelisz Condé of Condee schipper van de Westindische Compagnie, oud 34 jaar, verklaart op verzoek van Pieter Jans Rietmaker te Amsterdam, vertegenwoordiger van de erfgenamen van Jan Blom za., dat hij in het jaar 1606 heeft gediend bij zijn oom, capitein Lucas Jaspers Goutvelt. Zodoende weet hij dat op 15 juni 1606 ene Jan Cornelisz Blom in dienst is gekomen als kwartiermeester zoals ook blijkt uit de boeken van de schrijver van de kapitein. Verder dat deze Jan Cornelisz Blom in september 1607 is afgedankt en in dat jaar naar Oost-Indië is vertrokken, waar hij hem in 1617 en 1618 op de kust van Carmondel heeft ontmoet. Hij heeft hem nooit anders horen noemen dan Jan Cornelisz Blom, kortweg Jan Blom. Zijn oom is nooit op de Elbe bij Hamburch geweest.

Dirck Gijsberts Blanckert, oud 45 jaar, Job Gorisz van Couwenhoven oud 43 jaar en Reyer Gerrits, oud 38 jaar, allen hooftluyden van het cuypersgilde van Rotterdam, verklaren op verzoek van Jacob Leunisz, hoofdman van het cuypersgilde van Den Briel, dat hier ter stede niemand het ambacht van cuyper als meester mag beoefenen of brouwersrechten heeft zonder poorter en gildebroeder te zijn.