Zoeken in archieven

Haesgen Pietersdr, weduwe van Jan Adriaensz (Arensz), met als voogd haar oudste zoon Adriaen Jan Arensz (Arije Jansz) sluit met haar zoon Dirck Jan Arensz, jonggezel, met medeweten van haar andere kinderen de volgende overeenkomst.
Dirck koopt de helft van de woning, berging, schuur enz. met de helft van de inboedel en de helft van de have, nl. paarden, koeien, jonge beesten, zoals zijn moeder in bezit heeft; verder het gebruik van de helft van het huurland van zijn moeder, nl. de helft van 8 morgen bruikland, waarop de woning staat, met de helft van 3 morgen bruikland in de Vierde Hoeve, en de gehele 2 achterste stukken huurland van de 5 morgen in de Fijckelingershoeve, tezamen geraamd op 2 morgen, 4 hont, met alle vruchten die erop staan. Bovendien de helft van de lopende pacht en ongelden van 1625. De koopsom is totaal 1700 pond. Als Pieter Jansz, de jongste zoon, huwt, mag hij de genoemde 2 morgen, 400 hont in de Fijckelinghshoeve tegen betaling van 300 pond aan zijn broer Dirck gebruiken. Er worden afspraken gemaakt over het gezamenlijk gebruik van een aantal morgen land. Als Haesgen overlijdt of door ouderdom het land niet meer kan bebouwen, mag Dirck de andere helft met gelijk bedrag van 1700 pond kopen.
De erfgenamen van Haesgen zijn haar kinderen genoemde Arije Jansz, Willem Geeritsz, man van Maertgen Jansdr, genoemde Dirck Jansz, Pieter Jansz, Cornelis Geeritsz Lijster, man van Anneken Jansdr, en Jan Jansz. Zij hebben elk als vaderlijk goed 1000 gulden in geld of land ontvangen. Voorts heeft Willem Geeritsz 2 stukjes land van totaal 2 morgen, 200 roeden aan de veenwatering aanvaard met de lasten die erop staan, waarvoor hij tweehonderd pond aan zijn (schoon)moeder zal betalen.
N.B. Zie de aktenrs. 188 en 235 van dit inventarisnummer.