Zoeken in de beeldbank
1.503 akten
sorteren op:
18_664 Cornelis Maes, 1662
91 arbitrage 03 jun-1662
Aktesoort:
arbitrage
Aktenummer:
91
Datering:
03 jun-1662
Bladzijden:
150 t/m 153
Notaris:
Cornelis Maes
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Op 13 mei 1662 laten Quirijn van Swieten, die een machtiging heeft van Noe van Barnevelt, koopman te Bayonne, en Paulus Timmers de Jonge, koopman alhier, bij deze notaris een akte opmaken. Er is tussen hen een geschil ontstaan over de leverantie van 125 stukken honing door Barnevelt. Timmers vindt dat de honing niet voldoet aan de kwaliteit, die hij gevraagd heeft, en wil ze niet voor zijn rekening nemen. Van Swieten vindt dat Timmers de honing moet betalen. Om dit op te lossen stellen zij de advocaten Carolus van Aller en Adriaen Paets en verder de kooplieden Willem Teunemans, schepen van Schieland, en Adriaen Emmersael als arbiters aan met macht eventueel een vijfde arbiter aan te wijzen. De partijen zullen zich aan de uitspraak houden.
Op 3 juni 1662 komen de arbiters tot een uitspraak. Timmers moet de honing voor zijn rekening nemen en krijgt van Van Barnevelt een vat honing als vergoeding voor schade en rente. Verder wordt een bedrag van 1000 gulden Hollands geld genoemd. Hiermee is de zaak beëindigd en ook hetgeen Van Barnevelt aan kosten en schaden geleden heeft ter zake van een herwisselbrief d.d. 20 januari 1662, door hem op Timmers getrokken betreffende een gedeelte van de koopsom van de honing.
Op 3 juni 1662 verklaren Timmers en Van Swieten bovenstaande uitspraak goed te keuren.
Op 3 juni 1662 komen de arbiters tot een uitspraak. Timmers moet de honing voor zijn rekening nemen en krijgt van Van Barnevelt een vat honing als vergoeding voor schade en rente. Verder wordt een bedrag van 1000 gulden Hollands geld genoemd. Hiermee is de zaak beëindigd en ook hetgeen Van Barnevelt aan kosten en schaden geleden heeft ter zake van een herwisselbrief d.d. 20 januari 1662, door hem op Timmers getrokken betreffende een gedeelte van de koopsom van de honing.
Op 3 juni 1662 verklaren Timmers en Van Swieten bovenstaande uitspraak goed te keuren.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 07-09-2023
1 gedigitaliseerd
totaal 3 bestanden
18_664 Cornelis Maes, 1662
63 arbitrage 22-apr-1662
Aktesoort:
arbitrage
Datering:
22-apr-1662
Aktenummer:
63
Bladzijden:
108 t/m 110
Notaris:
Cornelis Maes
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Tussen Paulus Timmers de Jonge, koopman, enerzijds en Bartholomeus van Heel en Abraham en Claes Jansz Ritsert, kooplieden, anderzijds is verschil van mening over de schade van de goederen en koopmansschappen, die geladen waren op het schip de Gulde Poort met schipper Bertram Bichon en op het schip de Roode Leeuw met schipper Jacob Harel, welke schepen in Terra Nova door een Engels oorlogsschip zijn ingenomen, in Engeland zijn opgebracht en daar weer vrijgegeven. Volgens Timmers zijn Van Heel en Abraham en Claes Ritsert volgens de verzekeringspolis van 30 april 1661 schuldig de geleden schade te betalen, elk voor hun deel, wat de laatste 3 tegenspreken. Om moeite, onlusten en grote onkosten te voorkomen stellen zij als arbiters Francoijs Verse, oud president-schepen, de advocaten Carolus van Aller en Adriaen Paets en Joan Pedij, koopman, aan met macht om een superarbiter aan te stellen.
N.B. Zie verder voor deze kwestie aktenr. 66 van dit inventarisnummer.
N.B. Zie verder voor deze kwestie aktenr. 66 van dit inventarisnummer.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 06-09-2023
1 gedigitaliseerd
totaal 2 bestanden
18_664 Cornelis Maes, 1662
37 arbitrage 14-mrt-1662
Aktesoort:
arbitrage
Datering:
14-mrt-1662
Aktenummer:
37
Bladzijden:
60 t/m 69
Notaris:
Cornelis Maes
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Er is onenigheid over de inventaris van de goederen van wijlen Annetge Huijgen, die zij aan Jan Adriaensz Minne, man van Annetge Jacobs, dochter en erfgenaam van genoemde Annetge Huijgen, heeft overgeleverd en is overgegeven aan de schepenen van Rotterdam, hetgeen gebeurd is namens Jan Theunisz Appel voor zichzelf en een machtiging hebbend van Jacob Lucasz, geelgieter te Amsterdam, man van Marijtge (Martge) Teunis, mede erfgenamen van genoemde Annetge Huijgen. Genoemde Appel en Lucasz zijn de ene kant in de onenigheid en Jan Adriaensz Minne is de andere kant.
Annetge Huijgen heeft bij testament Annetge Jacobs en Martge Teunis tot haar universele erfgenamen benoemd, welk testament d.d. 17 juli 1653 bij notaris Jacob Duijfhuijsen is opgemaakt. Jan Teunisz heeft boven zijn vaderlijk goed nog 50 gulden ontvangen als zijn moederlijke legitieme portie. Er volgt een opsomming van posten, waar verschil van mening over is, wat er ontbreekt en veranderd moet worden.
De partijen besluiten op 10 maart 1662 tot een arbitrage met als arbiters Carolus van Aller en Jacob Paets, ondertekend door Jan Adriaensz Minne en Jacob Lucasz mede namens Jan Teunisz Appel. Zij zullen zich aan de uitspraak houden. Op 14 maart 1740 doen de arbiters uitspraak, waarbij ingegaan wordt op de diverse posten.
N.B. Zie ook de aktenrs. 35 en 42 van dit inventarisnummer.
Annetge Huijgen heeft bij testament Annetge Jacobs en Martge Teunis tot haar universele erfgenamen benoemd, welk testament d.d. 17 juli 1653 bij notaris Jacob Duijfhuijsen is opgemaakt. Jan Teunisz heeft boven zijn vaderlijk goed nog 50 gulden ontvangen als zijn moederlijke legitieme portie. Er volgt een opsomming van posten, waar verschil van mening over is, wat er ontbreekt en veranderd moet worden.
De partijen besluiten op 10 maart 1662 tot een arbitrage met als arbiters Carolus van Aller en Jacob Paets, ondertekend door Jan Adriaensz Minne en Jacob Lucasz mede namens Jan Teunisz Appel. Zij zullen zich aan de uitspraak houden. Op 14 maart 1740 doen de arbiters uitspraak, waarbij ingegaan wordt op de diverse posten.
N.B. Zie ook de aktenrs. 35 en 42 van dit inventarisnummer.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 06-09-2023
1 gedigitaliseerd
totaal 6 bestanden
18_664 Cornelis Maes, 1662
6 arbitrage 09-jan-1662
Aktesoort:
arbitrage
Datering:
09-jan-1662
Aktenummer:
6
Bladzijden:
8 t/m 12
Notaris:
Cornelis Maes
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Er is een kwestie ontstaan tussen Pieter Punt, koopman, als eiser en Claes Cornelisz en als het nodig is Jannetje Tijssen als gedaagden. Pieter Punt laat beslag leggen op 30 kasjes appelen van Sijna of orangienappelen (sinaasappelen), gelost uit het schip de Drie Haringen, welke sinaasappelen bij Jannetje Tijssen liggen, waar Claes Cornelisz, schipper op genoemd schip, woont.
Pieter zegt dat hij Claes Cornelisz met genoemd schip naar Lisboa (Lissabon) in Portugal heeft laten afvaren met enige goederen en dat hij die daar zou verkopen en vervolgens zout en sinaasappelen voor hem zou inladen. Enkele dagen geleden is het schip in Rotterdam aangekomen. Dertien kasjes met sinaasappelen zouden naar het woonhuis van Pieter gebracht worden. Claes Cornelisz heeft die in beslag laten nemen. Pieter Punt wil dat hij als eigenaar van de kasjes gezien wordt of als de kasjes verkocht het geld hiervan ontvangen.
Voor deze notaris en notaris Servaes Hannot worden de advocaten Karolus van Aller en Adriaen Paets als arbiters aangesteld. De partijen komen niet tot overeenstemming en Cornelis van Pelt wordt als superarbiter aangesteld.
Op 9 januari 1662 geven de 3 arbiters bij de 2 genoemde notarissen hun uitspraak. Claes Cornelisz moet 450 gulden aan Pieter Punt betalen en Claes Cornelisz moet verder voor de schepenen het en een ander verklaren, hoe met een koopman in Lisboa over de prijs onderhandeld is.
Pieter zegt dat hij Claes Cornelisz met genoemd schip naar Lisboa (Lissabon) in Portugal heeft laten afvaren met enige goederen en dat hij die daar zou verkopen en vervolgens zout en sinaasappelen voor hem zou inladen. Enkele dagen geleden is het schip in Rotterdam aangekomen. Dertien kasjes met sinaasappelen zouden naar het woonhuis van Pieter gebracht worden. Claes Cornelisz heeft die in beslag laten nemen. Pieter Punt wil dat hij als eigenaar van de kasjes gezien wordt of als de kasjes verkocht het geld hiervan ontvangen.
Voor deze notaris en notaris Servaes Hannot worden de advocaten Karolus van Aller en Adriaen Paets als arbiters aangesteld. De partijen komen niet tot overeenstemming en Cornelis van Pelt wordt als superarbiter aangesteld.
Op 9 januari 1662 geven de 3 arbiters bij de 2 genoemde notarissen hun uitspraak. Claes Cornelisz moet 450 gulden aan Pieter Punt betalen en Claes Cornelisz moet verder voor de schepenen het en een ander verklaren, hoe met een koopman in Lisboa over de prijs onderhandeld is.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 06-09-2023
1 gedigitaliseerd
totaal 3 bestanden