Zoeken op personen
Mijn Studiezaal (inloggen) 490 akten
18_508 Vitus Mustelius Woutersz, 1656-1657
398 vrijwaring 05-jul-1657
Aktesoort:
vrijwaring
Datering:
05-jul-1657
Aktenummer:
398
Bladzijden:
287 t/m 288
Notaris:
Vitus Mustelius Woutersz
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
- Willem Visch, oud burgemeester, nagelaten zoon en erfgenaam van Gerrard Meesz Visch voor een elfde deel,
- kapitein Balthasar Wichelhuisen, namens de erfgenamen van Jan Barentsz van Pavie, voor een elfde deel,
- Jan Hubrechtsz (Hubert) Rijckwaert, mede erfgenaam van Adriaen Crijnen van Dijck en mede namens de andere erfgenamen voor een elfde en een tweeëntwintigste deel,
- Willem de Mijs, zoon en erfgenaam van Jan Willemsz de Mijs namens de andere erfgenamen van zijn vader voor een elfde deel,
- Annetge Pieters, weduwe van Jan Jansz Janbroer, voor een tweeëntwintigste deel en namens de erfgenamen van Holthuisen voor een elfde deel, namens Theuntge Rochus voor een tweeëntwintigste deel en namens Elisabeth Crijnen voor een vierenveertigste deel,
- Johannes Waerts, als voogd over de nagelaten kinderen van wijlen Hercules Jansz (Pijl), zoon van Jan Aertsz, van welke kinderen Susannetgen Arents de moeder is, Hendrick Albertsz Vogelvanger, man van Grietge Ariens, Annetgen Joosten, dochter en mede erfgenaam van Gijsbert Jansz, en mede namens de andere erfgenamen van genoemde Jan Aertsz en Hendrick Jansz, tezamen voor een elfde deel en een tweeëntwintigste deel,
- Bouwen Jansz als mede erfgenaam van Cornelis Claesz Melckmeijt en genoemde Susannetge Arents namens de andere erfgenamen van genoemde Melckmeijt tezamen voor een elfde deel,
die allen gewezen reders van het gezonken schip genaamd de Zeerobbe, waarop genoemde Jan Jansz Janbroer schipper was, zijn, stemmen in met de transactie die Albrecht Pieterson en Cornelis de Riemer, mede reders in de Zeerobbe, namens hen allen op 20 april 1657 zijn aangegaan met Abraham Huissens als executeur van de boedel van Johanna Crijns, die de weduwe van Andries Wisse was. Comparanten beloven nu Pieterson en De Riemer te vrijwaren en schadeloos te houden.
- kapitein Balthasar Wichelhuisen, namens de erfgenamen van Jan Barentsz van Pavie, voor een elfde deel,
- Jan Hubrechtsz (Hubert) Rijckwaert, mede erfgenaam van Adriaen Crijnen van Dijck en mede namens de andere erfgenamen voor een elfde en een tweeëntwintigste deel,
- Willem de Mijs, zoon en erfgenaam van Jan Willemsz de Mijs namens de andere erfgenamen van zijn vader voor een elfde deel,
- Annetge Pieters, weduwe van Jan Jansz Janbroer, voor een tweeëntwintigste deel en namens de erfgenamen van Holthuisen voor een elfde deel, namens Theuntge Rochus voor een tweeëntwintigste deel en namens Elisabeth Crijnen voor een vierenveertigste deel,
- Johannes Waerts, als voogd over de nagelaten kinderen van wijlen Hercules Jansz (Pijl), zoon van Jan Aertsz, van welke kinderen Susannetgen Arents de moeder is, Hendrick Albertsz Vogelvanger, man van Grietge Ariens, Annetgen Joosten, dochter en mede erfgenaam van Gijsbert Jansz, en mede namens de andere erfgenamen van genoemde Jan Aertsz en Hendrick Jansz, tezamen voor een elfde deel en een tweeëntwintigste deel,
- Bouwen Jansz als mede erfgenaam van Cornelis Claesz Melckmeijt en genoemde Susannetge Arents namens de andere erfgenamen van genoemde Melckmeijt tezamen voor een elfde deel,
die allen gewezen reders van het gezonken schip genaamd de Zeerobbe, waarop genoemde Jan Jansz Janbroer schipper was, zijn, stemmen in met de transactie die Albrecht Pieterson en Cornelis de Riemer, mede reders in de Zeerobbe, namens hen allen op 20 april 1657 zijn aangegaan met Abraham Huissens als executeur van de boedel van Johanna Crijns, die de weduwe van Andries Wisse was. Comparanten beloven nu Pieterson en De Riemer te vrijwaren en schadeloos te houden.
Inhoud vervolg:
Albrecht Pieterson, zoon en mede erfgenaam van Hillebrand Pieterson mede namens de andere erfgenamen van zijn vader, tezamen voor 3 vierenveertigste delen reder in het genoemde schip, en De Riemer, die gehuwd is geweest met Cornelia Keijsers, dochter en erfgename van wijlen Cornelis Keijser, namens de andere erfgenamen van Cornelis en namens de erfgenamen van Leendert Keijser, tezamen voor een elfde deel als reder in het genoemde schip verklaren betaald te zijn met 2700 gulden betr. hun deel in de rederij, zoals in bovengenoemde handeling vermeld is.
Onderaan de akte staat vermeld dat Bastiaen Niesen d.d. 5 juli 1657 250 gulden, het derde deel van 750 gulden, ontvangen heeft van de reders van het schip de Zeerobbe als betaling van salaris, gedane moeite, enz. in verband met het behartigen van belangen in het proces betr. 3 schepen, die voor Rochelle gezonken zijn, contra de boedel van Andries Wisse.
Balthasar Wichelhuisen ontvangt d.d. 5 juli 1657 van de bovengenoemde reders 302 gulden als derde deel in zijn behartigen van belangen in het bovengenoemde proces.
Onderaan de akte staat vermeld dat Bastiaen Niesen d.d. 5 juli 1657 250 gulden, het derde deel van 750 gulden, ontvangen heeft van de reders van het schip de Zeerobbe als betaling van salaris, gedane moeite, enz. in verband met het behartigen van belangen in het proces betr. 3 schepen, die voor Rochelle gezonken zijn, contra de boedel van Andries Wisse.
Balthasar Wichelhuisen ontvangt d.d. 5 juli 1657 van de bovengenoemde reders 302 gulden als derde deel in zijn behartigen van belangen in het bovengenoemde proces.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 09-01-2021
1 gedigitaliseerd
18_508 Vitus Mustelius Woutersz, 1656-1657
229 vrijwaring 14-mrt-1657
Aktesoort:
vrijwaring
Aktenummer:
229
Datering:
14-mrt-1657
Bladzijden:
168 t/m 168
Notaris:
Vitus Mustelius Woutersz
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Ariaentgen Jacobs (Aerijanken Jacops), weduwe van Pauls Isaacqsz verklaart Abraham Pauwelsz te vrijwaren voor de borgtocht van 300 gulden, die Abraham heeft gesteld voor Willem Jansz Roome ten behoeve van Jan Pietersz de Vrije. Het betreft een obligatie, die d.d. 26 juli 1656 voor deze notaris is opgemaakt. Mocht Abraham dit bedrag moeten betalen, zal zij de betaling overnemen.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 22-12-2020
1 gedigitaliseerd
18_508 Vitus Mustelius Woutersz, 1656-1657
50 vrijwaring 11-nov-1656
Aktesoort:
vrijwaring
Aktenummer:
50
Datering:
11-nov-1656
Bladzijden:
36 t/m 37
Notaris:
Vitus Mustelius Woutersz
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Ghijsbrecht Florisz van Diemen, eigenaar van een grondrentebrief ten laste van het huis en erf, toekomende aan Jacob van Loijen, welk huis en erf gelegen is aan de westzijde van de Schrijnsteeg, ontlast het erfje, dat Van Loijen verkocht heeft aan Weijntgen Jans, weduwe van Bouwe Jansz, volgens de koopakte, op 5 maart 1655 voor deze notaris gepasseerd. Gijsbrecht vindt het goed dat dit bij het transport van het erfje op het protocol genoteerd wordt. Hij heeft geen rechten meer op het erfje.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 11-12-2020
1 gedigitaliseerd
18_511 Vitus Mustelius Woutersz, 1660-1661
286 vrijwaring 27-aug-1660
Aktesoort:
vrijwaring
Datering:
27-aug-1660
Aktenummer:
286
Bladzijden:
236 t/m 236
Notaris:
Vitus Mustelius Woutersz
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
De koopman Wouter Kerf belooft dat hij Pieter Slotingh schadeloos zal houden van alle processen en kosten die hem zouden mogen worden aangedaan in verband met de betaling van een zekere wisselbrief van 1000 gulden aan Pieter Kerf. Het betreft een wisselbrief die op 23 juli jongstleden door Thomas Mitssel te Brostenes is getrokken ten laste van Slotingh en ten behoeve van schipper Thomas Knop, en die door Knop zonder endorssement aan Pieter Kerf is overgeleverd. Slotingh belooft de betaling van de wisselbrief te zullen voldoen.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 27-10-2020