Zoeken
Mijn Studiezaal (inloggen)
Notariële akten
18_397 Jacobus Delphius te Rotterdam, 01-Jan-1663 t/m 31-Dec-1666
2 attestatie of verklaring 09-jan-1663
Datering:
09-jan-1663
Aktesoort:
attestatie of verklaring
Aktenummer:
2
Bladzijden:
3 t/m 6
Notaris:
Jacobus Delphius
Akteplaats:
Rotterdam
Standplaats:
Rotterdam
Inhoud:
Pieter Symonsz van Rotterdam, stuyrman, ca. 48 jr, Willem Schot van Rotterdam, ca. 21 jr, Jan Harmansz van Rotterdam, ca. 54 jr, Isaack Jansz Cool, ca. 20 jr, Jacob Andriesz Bruyn, ca. 45 jr, bootsgesellen, zijn onlangs met schipper Harman Nannings van Rotterdam op het gaillootschip de Pampier Bael van Libourne met een lading wijn en castanien richting Amsterdam gezeild. In Bleye heeft de schipper op order van Jan Baptista Cruypenning Jan Lalucke van Bleye aan boord genomen om een oogje op de goede behandeling van de kastanjes te houden.
Lalucke, met hulp van coopman Pieter Bosch als tolk, en Pieter Symonsz zeggen gedurende de reis de kastanjes steeds verplaatst te hebben en de slechte er uit gehaald. Zij lopen door zware storm op 9-12-1662 binnen in Pleijmuijden in Engelant, waar zij 10 dagen blijven liggen. Door slecht weer zeilen zij op 27-12-1662 't Gadt van de Maeze op om het schip en de lading te behouden en zij komen aan in Rotterdam. Jan Baptista Cruypenning komt spoedig om de verminderde lading door het in zee gooien van de vuile kastanjes te bekijken, de rest is in zo'n slechte staat dat niemand ze wil kopen na omroepen door de stadsomroeper.
De schipper en de bootsgesellen zeggen dat zij gewaarschuwd hebben dat de kastanjes bij het inladen al in een zeer slechte staat verkeerden.
Lalucke, met hulp van coopman Pieter Bosch als tolk, en Pieter Symonsz zeggen gedurende de reis de kastanjes steeds verplaatst te hebben en de slechte er uit gehaald. Zij lopen door zware storm op 9-12-1662 binnen in Pleijmuijden in Engelant, waar zij 10 dagen blijven liggen. Door slecht weer zeilen zij op 27-12-1662 't Gadt van de Maeze op om het schip en de lading te behouden en zij komen aan in Rotterdam. Jan Baptista Cruypenning komt spoedig om de verminderde lading door het in zee gooien van de vuile kastanjes te bekijken, de rest is in zo'n slechte staat dat niemand ze wil kopen na omroepen door de stadsomroeper.
De schipper en de bootsgesellen zeggen dat zij gewaarschuwd hebben dat de kastanjes bij het inladen al in een zeer slechte staat verkeerden.
Toegangsnummer:
18 Archieven van de Notarissen te Rotterdam en daarin opgegane gemeenten (ONA)
Inventarisnummer:
laatste wijziging 19-09-2016